Vrijdag 10 tot en met zondag 19 april 2015
Positie Banedup (Holandes Cays): 9°35.341 N 78°40.543 W
Na een 6-tal dagen gaan we samen met de Lucky Seven en de Cornelis weer ankerop voor een volgende droombestemming. We gaan voor anker bij het eiland Banedup. Aan de oostzijde van de archipel “Cayos Holandes”. Als we na een tocht van 6 NM weer achter ons anker liggen, worden we opgepikt door de Lucky Seven om samen met de Cornelis te gaan snorkelen. Ook hier is de onderwaterwereld ongerept. Als kers op de taart weten we een groep dolfijnen te naderen en ik kan zelfs, al snorkelend, onder water de dieren bewonderen.
Het afval in de San Blas is een probleem. De Kuna’s zelf gooien al hun afval in het water. Het strand van het vaste land is daarom bezaaid met drijvend afval, voornamelijk plastic flessen. Kuna’s bieden aan om voor een paar dollar je afval mee te nemen, maar we weten dat ook zij het afval gewoon in de zee kieperen. Wij willen de omgeving zo min mogelijk vervuilen en dus hebben we besloten om ons afval te verbranden. We doen dit voor de eerste keer hier in de Holandes Cays. Nadat al het afval zover mogelijk verbrand is, wordt datgene dat van de brandstapel overgebleven is, begraven in het zand. Het is geen elegante manier om van je afval af te komen maar wij denken dat dit de minst slechte is.
De Holandes Cays liggen 10 NM uit de kust. Ook zijn er geen Kuna dorpen in de buurt, zodat we hier niets kunnen inkopen. Naast de Rafiki ligt een boot die we nog kennen van Curaçao, de “Jalin Jalin” met Paul en Liz. Zij zijn al 26 jaar onderweg en sinds een paar maanden hier in de San Blas. Zij eten veel vis en met name kreeft (Langouste) en Conch, zeeslak. Deze laatste hebben we al twee keer gegeten, maar beide keren vond ik dit weekdier niet lekker, maar Marlène was echter wel te spreken over de smaak van deze overmaatse slak. Paul spreekt zelfs van “food off the Gods” en dus gaan we samen met Paul en Liz op slakkenjacht. Tijdens de snorkeltocht zien we een tweetal grote roggen, stingray’s, in het zand en ook nu weer weet Marlène een haai te spotten. We vinden een tweetal zeeslakken en deze worden aan het strand uit de schelp gesneden en schoongemaakt. Tijdens een borrel/diner op de Rafiki wordt de Conch op drie verschillende manieren bereid en gegeten maar ook nu weet de smaak van de Conch mij niet te boeien. De dag erna krijgen we nog als dank voor de gastvrijheid een kreeft aangeboden door Paul en deze is wederom heel erg lekker.
De ankerbaai waarin we liggen heeft bij de Amerikaanse zeilers de naam “Swimming Pool” gekregen. Ik ben zelf geen voorstander van deze popi-namen, maar de keuze voor “swimming pool” is wel te begrijpen. Het is een ankerplek op een 2,5 -4 m diep zandbed van 100 x 300 meter. Door het witte zand en het kristalheldere water lijkt het veel op een kunstmatig zwembad, onwerkelijk mooi. Door de witte ondergrond zie je ook alle vis die rondom de boot zwemt. Van klein visje tot aan haaien en roggen van meer dan een meter.
Na een 10-tal dagen op deze prachtige plek hebben we de plannen voor de komende dagen compleet. We gaan naar het vasteland van Panama om in te klaren. Hiervoor gaan we naar Portobello en dan kunnen we ook met de bus naar de “bewoonde wereld”, de stad Colon, om de Rafiki weer van de nodige voorraden te voorzien.
Positie Banedup (Holandes Cays): 9°35.341 N 78°40.543 W
Na een 6-tal dagen gaan we samen met de Lucky Seven en de Cornelis weer ankerop voor een volgende droombestemming. We gaan voor anker bij het eiland Banedup. Aan de oostzijde van de archipel “Cayos Holandes”. Als we na een tocht van 6 NM weer achter ons anker liggen, worden we opgepikt door de Lucky Seven om samen met de Cornelis te gaan snorkelen. Ook hier is de onderwaterwereld ongerept. Als kers op de taart weten we een groep dolfijnen te naderen en ik kan zelfs, al snorkelend, onder water de dieren bewonderen.
Het afval in de San Blas is een probleem. De Kuna’s zelf gooien al hun afval in het water. Het strand van het vaste land is daarom bezaaid met drijvend afval, voornamelijk plastic flessen. Kuna’s bieden aan om voor een paar dollar je afval mee te nemen, maar we weten dat ook zij het afval gewoon in de zee kieperen. Wij willen de omgeving zo min mogelijk vervuilen en dus hebben we besloten om ons afval te verbranden. We doen dit voor de eerste keer hier in de Holandes Cays. Nadat al het afval zover mogelijk verbrand is, wordt datgene dat van de brandstapel overgebleven is, begraven in het zand. Het is geen elegante manier om van je afval af te komen maar wij denken dat dit de minst slechte is.
De Holandes Cays liggen 10 NM uit de kust. Ook zijn er geen Kuna dorpen in de buurt, zodat we hier niets kunnen inkopen. Naast de Rafiki ligt een boot die we nog kennen van Curaçao, de “Jalin Jalin” met Paul en Liz. Zij zijn al 26 jaar onderweg en sinds een paar maanden hier in de San Blas. Zij eten veel vis en met name kreeft (Langouste) en Conch, zeeslak. Deze laatste hebben we al twee keer gegeten, maar beide keren vond ik dit weekdier niet lekker, maar Marlène was echter wel te spreken over de smaak van deze overmaatse slak. Paul spreekt zelfs van “food off the Gods” en dus gaan we samen met Paul en Liz op slakkenjacht. Tijdens de snorkeltocht zien we een tweetal grote roggen, stingray’s, in het zand en ook nu weer weet Marlène een haai te spotten. We vinden een tweetal zeeslakken en deze worden aan het strand uit de schelp gesneden en schoongemaakt. Tijdens een borrel/diner op de Rafiki wordt de Conch op drie verschillende manieren bereid en gegeten maar ook nu weet de smaak van de Conch mij niet te boeien. De dag erna krijgen we nog als dank voor de gastvrijheid een kreeft aangeboden door Paul en deze is wederom heel erg lekker.
De ankerbaai waarin we liggen heeft bij de Amerikaanse zeilers de naam “Swimming Pool” gekregen. Ik ben zelf geen voorstander van deze popi-namen, maar de keuze voor “swimming pool” is wel te begrijpen. Het is een ankerplek op een 2,5 -4 m diep zandbed van 100 x 300 meter. Door het witte zand en het kristalheldere water lijkt het veel op een kunstmatig zwembad, onwerkelijk mooi. Door de witte ondergrond zie je ook alle vis die rondom de boot zwemt. Van klein visje tot aan haaien en roggen van meer dan een meter.
Op de voorgrond dieper water, daarachter het rif en daarachter de Caribische zee. Rechts op de foto zie je nog een zeiljacht op het rif liggen. Een paar dagen later is dit schip door de golven opgetild en verder op het rif geduwd.
We liggen met ongeveer 6 schepen in de "Swimmingpool".
Er liggen veel sanddollars op de bodem van de "Swimmingpool".
Dit zijn de geraamten van zeesterren. Ze zijn erg breekbaar.
Na een 10-tal dagen op deze prachtige plek hebben we de plannen voor de komende dagen compleet. We gaan naar het vasteland van Panama om in te klaren. Hiervoor gaan we naar Portobello en dan kunnen we ook met de bus naar de “bewoonde wereld”, de stad Colon, om de Rafiki weer van de nodige voorraden te voorzien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten