Vrijdag 30 september 2016
Positie Fronteras (boot): 15°39.775 N 89°00.119 W
De reis naar Copan ondernemen we met lokaal openbaar vervoer en de reis, met twee overstappen, gaat tot aan de Hondurese grens zonder problemen. Wanneer we aan de Hondurese grens onze paspoorten laten zien, ziet de overijverige ambtenaar dat we al meer dan 5 maanden in de C4-landen zijn. De C4-landen zijn Honduras, Guatemala, El Salvador en Nicaragua. We wisten dit wel, maar we hadden nog een aantal dagen een stempel voor Guatemala (dus voor de C4), dus we dachten dat we die dagen nog in Honduras mochten zijn. We mogen de grens niet over. We vertellen de brave douanier dat we niet op de hoogte waren van deze regel en dat we nu, na een busreis van 5 uur, weer rechtsomkeer moeten maken. Wij geven aan dat we heel graag naar Copan gaan en dat het voor de economie van Honduras ook erg goed is om mensen het land in te laten. We hebben toch een hotel nodig, we gaan naar een restaurant en een bar, we gaan naar de ruïnes en waarschijnlijk kopen we ook nog wat andere zaken. De douanier gaat naar zijn meerdere in een naastgelegen kantoortje, waar wij even later ook in ontboden worden.
We stellen ons netjes voor aan “El Capitain” en hij vertelt ons dat hij onze situatie begrijpt en ons graag wil helpen. Dit kan alleen met geld. We moeten $30 per persoon betalen en dit bedrag gaat rechtstreeks in de zakken van de twee douane-ambtenaren. We krijgen een tijdelijke stempel om 10 dagen in Honduras te mogen blijven.
Een uurtje later zijn we in het mooie dorpje Copan, waar we na even zoeken een mooi hostel vinden dat toevalligerwijs geleid wordt door een Belg. Copan is een gezellig dorpje waar veel toeristen verblijven. Rond het marktplein zijn veel kraampjes waar toeristische hebbedingetjes verkocht worden en er zijn ook een aantal eettentjes opgebouwd. Bij een van deze tentjes gaan we 's avonds een lekkere Tortilla de Harina con Queso (mijn favoriet) oppeuzelen.
Positie Fronteras (boot): 15°39.775 N 89°00.119 W
De reis naar Copan ondernemen we met lokaal openbaar vervoer en de reis, met twee overstappen, gaat tot aan de Hondurese grens zonder problemen. Wanneer we aan de Hondurese grens onze paspoorten laten zien, ziet de overijverige ambtenaar dat we al meer dan 5 maanden in de C4-landen zijn. De C4-landen zijn Honduras, Guatemala, El Salvador en Nicaragua. We wisten dit wel, maar we hadden nog een aantal dagen een stempel voor Guatemala (dus voor de C4), dus we dachten dat we die dagen nog in Honduras mochten zijn. We mogen de grens niet over. We vertellen de brave douanier dat we niet op de hoogte waren van deze regel en dat we nu, na een busreis van 5 uur, weer rechtsomkeer moeten maken. Wij geven aan dat we heel graag naar Copan gaan en dat het voor de economie van Honduras ook erg goed is om mensen het land in te laten. We hebben toch een hotel nodig, we gaan naar een restaurant en een bar, we gaan naar de ruïnes en waarschijnlijk kopen we ook nog wat andere zaken. De douanier gaat naar zijn meerdere in een naastgelegen kantoortje, waar wij even later ook in ontboden worden.
We stellen ons netjes voor aan “El Capitain” en hij vertelt ons dat hij onze situatie begrijpt en ons graag wil helpen. Dit kan alleen met geld. We moeten $30 per persoon betalen en dit bedrag gaat rechtstreeks in de zakken van de twee douane-ambtenaren. We krijgen een tijdelijke stempel om 10 dagen in Honduras te mogen blijven.
Een uurtje later zijn we in het mooie dorpje Copan, waar we na even zoeken een mooi hostel vinden dat toevalligerwijs geleid wordt door een Belg. Copan is een gezellig dorpje waar veel toeristen verblijven. Rond het marktplein zijn veel kraampjes waar toeristische hebbedingetjes verkocht worden en er zijn ook een aantal eettentjes opgebouwd. Bij een van deze tentjes gaan we 's avonds een lekkere Tortilla de Harina con Queso (mijn favoriet) oppeuzelen.
Je ziet hier veel handgemaakte lederen voorwerpen, zoals hier een zadel.
In Copan gaat het berg op en berg af. Alle straten zijn beklinkerd met natuursteen.
Deze auto ligt vol met lychees.
Ze zijn heerlijk, alleen het nadeel is dat de schil van de pit aan het vruchtvlees blijft hangen.
Deze schil is hard, dus niet lekker.
De meeste lokalen dragen handgemaakte leren riemen en cowboylaarzen.
En ..... een grote hoed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten